Nu hebben wij 1 grote pot met geld. Vanuit die grote pot betalen wij de pensioenen. En bewaren wij het geld van iedereen die pensioen opbouwt of opbouwde bij ons. Straks krijgt iedereen losse pensioenpotten.  U ziet dan hoeveel er in uw pensioenpot zit. 

Uit uw pensioenpot krijgt u straks iedere maand pensioen. Dit krijgt u als u met pensioen gaat. En dit krijgt u zolang u leeft. Het maakt niet uit hoe oud u wordt. We beleggen het geld dat in uw pensioenpot zit. Daardoor kan uw pensioen elk jaar omhoog- en omlaaggaan.

Wij berekenen ieder jaar opnieuw uw pensioen. U krijgt ieder jaar in december een bericht. Daarin staat hoeveel pensioen u krijgt in het volgende jaar.

Dit ziet u in uw pensioenpot:

• Het geld in uw pensioenpot kan omhoog- of omlaaggaan. Dit komt door het resultaat van de beleggingen. 
• Het pensioen dat u waarschijnlijk krijgt op uw AOW-leeftijd. 

We weten niet wat uw pensioen in de toekomst wordt. Want het resultaat van de beleggingen kan goed of minder goed zijn. Onder andere hierdoor gaat uw pensioenpot omhoog- of omlaag. Daarom ziet u 3 mogelijke pensioenen staan: 

• 1 voor wanneer het heel erg mee zit (positief)
• 1 voor wanneer het heel erg tegen zit (negatief)
• 1 voor wanneer het niet heel erg mee of tegenzit (verwacht pensioen)

U krijgt straks iedere maand pensioen. Dit bedrag kan op 1 januari ieder jaar omhooggaan. Maar ook omlaag. Dit komt door het resultaat van de beleggingen. Soms valt de winst tegen dan daalt het bedrag in uw pensioenpot. En soms is de winst uit beleggingen hoger. Daardoor groeit de pensioenpot. We leggen geld opzij. Dat heet de gezamenlijke buffer. Dan kunnen we geld uit de gezamenlijke buffer halen. Zo proberen we uw pensioen zoveel mogelijk gelijk te houden. 

Ook met de nieuwe regels blijven we zorgen voor uw pensioen. We verwachten dat in de meeste gevallen het pensioen straks hoger wordt.

Wij hoeven straks minder geld opzij te zetten. Dit komt door de nieuwe regels. Hierdoor kunnen pensioenen sneller omhoog. Zo hebben mensen sneller meer geld om van te leven. 

Maar pensioenen kunnen ook omlaag. Daarom houden we geld opzij. Dat heet de gezamenlijke buffer. Met de buffer vangen we tegenvallers op.  Zo voorkomen we zoveel mogelijk dat de pensioenen opeens veel lager worden. 

We verwachten dat pensioenen hoger worden door de nieuwe regels.

U krijgt pensioen vanaf uw AOW-leeftijd. Uw AOW-leeftijd kunt u zien op de website van de Sociale Verzekeringsbank (SVB).  In de regels van nu krijgt u pensioen als u 67 wordt. AOW is Algemene Ouderdomswet. Dat is een basispensioen van de overheid. De AOW valt niet onder de nieuwe regels. Daardoor verandert het niet.

Iedere maand komt er geld in uw pensioenpot. U en uw werkgever leggen geld opzij voor uw pensioen. Dit heet premie. De inleg komt in uw pensioenpot. We willen uw inleg laten groeien. Daarom beleggen we. De inleg bepaalt hoeveel pensioen u straks krijgt.

Overlijdt u voordat u met pensioen bent? Dan is er in de nieuwe regels alleen pensioen voor uw partner en kinderen als u nog pensioen bij ons opbouwt. Het pensioen dat uw partner en kinderen misschien krijgen kan ook omhoog- of omlaaggaan. Net als uw eigen pensioen. Lees meer over partner- en wezenpensioen.